Hobby’s van Joke

Beschreven door haar moeder

 

Knippen, Plakken, Vouwen, Origami

Tekenen, Schilderen, Kalligrafie

Handwerken op diverse manieren

Blokfluiten, Orgelspelen, Zingen

Boetseren

Koken, Bakken en Braden

Lezen en Schrijven

Planten

Dieren

Terug

Naar Levensverhaal

 

 

 

 

 

 

 

 

Knippen, Plakken, Vouwen, Origami

 

Vanaf dat Joke klein was zat ze al graag aan haar tafeltje te “knutselen.”

Ze kreeg vouwblaadjes en een eigen schaartje waarmee ze de vouwblaadjes knipte tot mooie kleedjes. Of ze knipte wat vormen en plakte deze op een papier tot een fantasielandschap.Met het ouder worden ging ze ook steeds meer leuke dingen vouwen. Na vele jaren is zij uiteindelijk tot  “Origami” gekomen.

Wat heeft Joke daar een plezier in gehad! Ze kocht  Origamiboeken en werd lid van de “Origami club” en kreeg daarvan iedere maand een blad toegestuurd, waar de prachtigste voorbeelden in stonden. Via deze vereniging bestelde Joke heel mooi papier, in de mooiste kleuren en met de prachtigste motieven. Wat genoot ze er van, om van deze blaadjes de mooiste dingen te vouwen. Gelukkig hebben we nog een aantal vouwwerkjes in ons bezit, waaronder een mooie Kusudama en ook een vensterkaart met visjes, net een aquarium, zo leuk.

Joke maakte al jaren ook mooie kerstkaarten. Plakken en knippen, maar ook met Origami.

Ze begon er al mee voor opa en oma, ze tekende een mooie ster met viltstift en ze kon er zelf al wat bij schrijven. Zo werden de kaarten ieder jaar mooier, we hebben er nog een aantal  in de herinneringsmap gedaan. Voor de laatste Kerst die Joke nog mee mocht maken had ze kaarten gemaakt met stof er op gestikt b.v. als kerstbal en daaronder opgevuld, die kregen opa en oma. Wij kregen er een met een kerstboom, zo mooi bedacht en gemaakt. Die beide kaarten hebben we gelukkig nog.

 

 

 

Tekenen, Schilderen, Kalligrafie

Zoals Joke graag aan haar tafeltje zat te knutselen, zo zat ze ook dikwijls te tekenen en te kleuren. Vooral  kleurboeken waren favoriet toen ze nog klein was. In die tijd waren er ook van die “van alles en nog wat boeken”, daarin kon je b.v. zelf tekenen, inkleuren, op cijfers lijnen trekken zodat er een figuur te voorschijn kwam, puzzeltjes maken, enz. Dit vond Joke allemaal heel leuk om te doen. We hebben zelfs nog een paar kleurboeken.

Toen ze een jaar of tien was heeft ze een seizoen tekenles gehad van Rien van Holland, waar ze aardig wat van opstak. Ze had er heel veel lol in.

 Ze heeft ook een periode gehad dat ze abstracte figuren tekende, met allemaal vakken, die ze dan mooi inkleurde.  Op een gegeven moment begon Joke met portrettekenen, waar vooral Henk als model poseerde. Het viel haar echter nog helemaal niet mee, hoewel het resultaat  best wel leuk was. Ze genoot als ze zo samen bezig waren. Het schetsboek met een paar portretten van Henk en een portret van Herman er in hebben we gelukkig nog.

Op het atheneum kreeg Joke tot haar grote plezier ook tekenles. Ze leerde daar met verschillende materialen om te gaan en in verschillende stijlen te werken. Ze heeft daar een enorm aantal werkstukken gemaakt, waarvan er nog veel bewaard zijn gebleven.

Later op de Pabo leerde ze weer op een andere manier te tekenen. Een tekening op het schoolbord maken vereiste een heel eigen techniek en hoe leer je tekenen aan kinderen!

Ook voortvloeiend uit haar houden van tekenen kreeg Joke zin om kalligrafie te gaan beoefenen. Ze had een boek aan geschaft en leerde het zichzelf. Dit gaf haar veel plezier, ze maakte steeds mooiere letters. Ze was zo enthousiast, dat ze het aan oma Schets ook ging leren. Die wilde ook zo graag mooi leren schrijven. Zo was Joke vaak en graag op allerlei manieren aan het tekenen, kleuren en schilderen. Ze had een prachtige kleurdoos met 36 kleuren en ze had allerlei soorten verf aan geschaft. Ze was nog zoveel van plan….

In haar laatste jaar, toe ze kanker had en een vreselijke angst om dood te gaan, heeft Joke door te schilderen, geprobeerd haar angst een vorm te geven om er mee om te kunnen gaan. Ze besprak deze kunstwerken, waarin ze haar diepste gevoelens legde, graag met ons en een ieder die het gezien had. Zo was het heel goed voor haar dat zij deze mogelijkheid had.

 

 

 

 

 

 

 

Handwerken op diverse manieren

Rond de kleuterschooltijd begon Joke belangstelling te krijgen voor “handwerken”, zoals kaarten borduren en punniken. Dat punniken heeft ze jaren vol gehouden, zodat ze heel wat meters had. Ze wilde er zo graag wat leuks van maken, maar ze wist nog steeds niet wat. Joke is daar niet meer  aan toegekomen, maar wie weet kan ik, haar moeder, het nog afmaken.

In de tijd dat oma Grol vaak bij ons logeerde heeft Joke heel wat poppenkleertjes samen met oma genaaid en gebreid. Daar hadden ze samen heel veel plezier in. Op een gegeven moment kreeg  Joke zin om te gaan borduren en heeft ze, als kussenhoesje, een patroon met een lieveheerbeest geborduurd met kruissteekjes. Zo kreeg ze steeds meer plezier om dingen te gaan borduren. Joke heeft een mooi schellekoord met vogels geborduurd en een bloemstuk. Ze is ook nog begonnen aan het borduren van een tafellaken, maar dat is niet af gekomen.

Op de lagere school had ze natuurlijk ook het vak handwerken/handarbeid, daar maakte ze leuke dingen, zoals b.v. een hele leuke lapjespop. Ze moest allerlei ronde lapjes knippen, grote voor het lichaam en kleinere voor de armen en benen. Door deze lapjes moest ze langs de buitenste rand een draadje rijgen en dan aantrekken, zodat het een bol rondje werd. Door al deze rondjes ging uiteindelijk een elastiek waardoor armen en benen aan het lijf kwamen te zitten. Daarna maakte Joke er een heel leuk hoofd op en handen en voeten aan armen en benen. Ze was er uiteindelijk best trots op en heeft de pop altijd een plaatsje in haar kamer gegeven. Nu staat de pop bij ons en dat geeft ons een fijn gevoel.

Haken vond Joke ook leuk om te doen. Ze begon met  kleedjes haken, daar hebben we er nog een aantal van en ze heeft een trui voor oma Schets gehaakt. Breien heeft Joke ook nog gedaan, zo heeft ze o.a. voor zichzelf een trui gebreid. Iets heel anders wat ze voor zichzelf had gemaakt, was een kussenhoesje, wat bestond uit vierkant gebreide lapjes aan elkaar genaaid. Dit vond ik zo leuk, dat Joke voor mij ook zo’n kussen heeft gemaakt. Daar ben ik nog steeds blij mee.  Joke heeft ook nog een kussentje geknoopt, maar is daar niet mee door gegaan. Nadat oma Grol overleden was kreeg Joke haar breitas en naaimachine, daar was ze zo blij mee. Op het laatst was Joke nog heel enthousiast met patchwork bezig. Ze had een heleboel lapjes gekocht en een paar boekjes, ze had er zo’n zin in. Maar het mocht niet zo zijn.  Joke heeft nog één kussen kunnen maken.

 

 

 

Blokfluiten, Orgelspelen, Zingen

Op een dag kwam Joke uit school met informatie over de muziekschool. Er was op school iemand langs geweest, die verteld had hoe leuk het wel was om zelf een muziekinstrument te kunnen bespelen. Joke was helemaal enthousiast. Zo is Joke op haar achtste jaar begonnen met Algemene Muzikale Vorming, daarbij werd ook gebruik gemaakt van de blokfluit. Ze vond het reuze leuk en thuis oefende ze veel. Ze wilde natuurlijk graag laten horen wat ze al kon, het was dan ook fijn haar zo bezig te zien. Na twee jaar was Joke klaar met A.M.V., nu mocht ze een instrument kiezen om te leren bespelen en ja, dat werd het elektronisch orgel, daar had ze zo’n zin in. Het was inderdaad een feest voor haar om er mee bezig te zijn. Wat heeft ze er van genoten. Joke heeft zes jaar orgelles gehad en kon dan ook goed spelen!!  We hebben er heel wat uurtjes luisterplezier van gehad, want ze speelde graag als we met elkaar in de kamer zaten. We hebben gelukkig nog een cassettebandje met orgelspel van Joke, daar luisteren we soms naar. Ze speelde evengoed ook nog regelmatig op haar blokfluit, ze was zo graag met muziek bezig.

Door haar enthousiasme kreeg oma Schets ook zin om weer met muziek bezig te gaan. Zij had vroeger (ongeveer zestig jaar geleden!!) een paar jaar op de mandoline gespeeld, maar wist daar niet veel meer van. Zij heeft toen eerst eens een blokfluit aangeschaft en Joke leerde haar toen weer noten lezen en de blokfluit te bespelen. Ze hadden er samen zo’n plezier in. Nu wilde oma dan ook wel graag orgel leren spelen, dat vond zij altijd al een mooi instrument. Op aanraden van een kennis probeerde zij het eerst met klavarskribo, een zogenaamd makkelijker notenschrift, maar dat viel erg tegen. Joke zag dat allemaal zo gebeuren en stelde voor om oma dan ook orgelles te gaan geven. Ja, dat hoefde Joke maar eenmaal te vragen, dat wilde oma wel heel graag. Zo zijn ze dan in de zomer van 1983 begonnen. Ze vonden het alle twee zo leuk. Joke had zelf een huiswerkschriftje voor oma gemaakt, waar ze iedere week oma’s huiswerk en haar vorderingen in noteerde. Het is heel leuk dat ik dat schriftje nog heb. Zo zijn ze door gegaan tot mei ’87. Joke kreeg het langzamerhand steeds drukker met haar studie, zodat oma het nu verder zelf zou bijhouden.

Joke hield trouwens ook veel van zingen. Ze ging, toen ze dertien jaar was, op het oecumenisch jongeren koor “Gedalja” en is daar tien jaar op gebleven tot ze ging verhuizen naar Alkmaar. Daar heeft ze ook veel plezier aan beleefd; zingen en gezelligheid. Door het zingen onder leiding van dirigent Arie de Bree, is Joke met een groepje leden van “Gedalja”, nog bij de operettevereniging “Nieuw Leven” gaan zingen, Arie de Bree was daar ook dirigent. Joke zong daar mee in het koor van de operette en bij de uitvoering droegen ze allemaal mooie kostuums. Joke genoot er zo van. Door deze zelfde dirigent werd in die tijd nog een koor opgericht n.l. het Noord-Hollands Opera-, Operette- en Musicalkoor (Noom). Bij dit koor zou jong zangtalent beter de kans krijgen hun stem te ontwikkelen. Hier ging Joke ook enthousiast aan mee doen. We hebben er nog een stukje over uit een krant. Uiteindelijk viel dit haar zwaar, ze moest haar partij thuis helemaal zelf instuderen en na verloop van tijd besloot ze hier toch maar mee te stoppen.

Op een gegeven moment werd Joke ook nog gevraagd mee te zingen in een ad-hoc koor, dat gedirigeerd werd door een zanglerares van de muziekschool. Ze gingen een klassiek stuk instuderen en uitvoeren in de Hervormde kerk. Joke vond het heerlijk om mee te doen.

Door het vele zingen wat ze in die tijd deed bemerkte ze ook haar beperkingen en besloot daarom op zangles te gaan. Joke heeft eerst een poosje zangles gehad van een vrij oude zanglerares, Tiny van Wijk, maar op aanraden van Arie de Bree, die haar naar een betere zanglerares wilde hebben, is Joke daar weg gegaan. Degene die Arie de Bree echter op het oog had zat helemaal vol. Joke is toen uiteindelijk les gaan nemen van een aankomende zanglerares, Daniëlle Boven,die aan het laatste jaar van haar opleiding bezig was. Dit ging heel fijn, hier genoot Joke van.

Het was ook in deze tijd dat Joke voor de klas stond, en natuurlijk gaf ze het liefst muziekles! Ze zong graag en veel met de kinderen en er waren ook wel wat muziekinstrumentjes op school. Zelf nam ze in ieder geval altijd haar blokfluit mee. Joke vertelde dat de kinderen er altijd veel plezier in hadden. ( Dat kan natuurlijk ook niet anders met zo’n enthousiaste juf! ) Door zo op allerlei manieren met muziek bezig te zijn: zingen, orgel spelen, blokfluit bespelen, kreeg Joke steeds meer zin om meer te doen. Joke speelde al op de sopraanblokfluit, maar wilde ook graag andere fluiten gaan bespelen. Ze heeft toen eerst een altblokfluit gekocht en boekjes daarbij, zodat ze het zichzelf kon leren. Zo was ze daar weer tijden druk mee. Nog weer later heeft Joke nog een sopranino gekocht, dat is het kleinste blokfluitje, en daarbij nog weer de leerboeken. Zo bleef ze bezig.

Langzamerhand had Joke al heel wat muziekinstrumenten en begon ze het leuk te vinden om ze te gaan verzamelen. Joke had ooit als eerste instrument al een mondharmonica en daar waren dan inmiddels haar fluiten bij gekomen. Ze had ook al eens een fluit gekocht via de Novib, en castagnetten, dus die had ze ook nog. Op school had Joke ook nog een “bongo” gemaakt, een leuk ding. En dan was er natuurlijk het orgel! Henk heeft er ook les op gehad, maar die was overgestapt op elektrisch gitaar spelen. Joke was dan ook dolgelukkig dat het orgel met haar mee mocht naar Alkmaar. Weer een instrument er bij. Al vele jaren had ik de mandoline van mijn moeder, daar probeerde Joke soms ook een beetje op te spelen, maar dat viel niet mee om zelf te leren. We hadden ook nog een akoestische gitaar in huis, ook daarop probeerde ze te spelen. Ook de gitaar en de mandoline wilde ze wel erg graag mee nemen naar haar eigen huis en ach, wij speelden er toch niet op, dus vonden we het goed. Zo had ze een prachtige verzameling muziekinstrumenten waar ze heel blij mee was.

Gelukkig zijn al Joke haar muziekinstrumenten nu bij Henk en bij ons, want de instrumenten hebben voor ons een grote emotionele waarde.

 

 

 

Boetseren

Onze Joke speelde al jong graag met klei. Zo had ze eerst boetseerklei in allerlei kleuren, waarmee ze probeerde van alles te maken. Dit soort klei had als voordeel dat het zacht bleef, zodat ze er steeds weer iets anders van kon maken. Dit deed ze dus vele malen, maar tot haar grote verdriet raakten de kleuren steeds meer door elkaar. Op een gegeven moment hebben we haar eens DAS klei gegeven en dat was het helemaal. Deze klei werd vanzelf hard en was wit van kleur, ze kon er dan zelf nog een kleurtje aan geven. Hier heeft Joke echt haar fantasie op uitgeleefd, daar heeft ze heel wat voorwerpen mee gemaakt. Vaak was ze er niet tevreden over, maar soms wel en dat moest dan bewaard blijven. Zo hebben wij nog een paar werkjes van DAS klei van haar. Van haar vriendin Jeannette kreeg ze eens een leuk popje, gemaakt van Fimo klei, waardoor ze weer een ander soort klei ontdekte. Hiermee heeft ze niet zoveel gewerkt, want al snel daarna begon Joke te werken met brooddeeg. Dit vond ze ontzettend leuk en daar maakte ze leuke dingen van. Zo hebben we nog een popje, geboetseerd en geverfd als koning, en een egel met drie jongen. Het is fijn dit nog van haar te hebben.

 

 

 

 

 

Koken, Bakken en Braden

Al jong vond Joke het leuk om mij te helpen als ik bezig was met eten klaar maken. Het was eerst natuurlijk voornamelijk kijken, maar o, ze wilde zo graag ook zelf mee doen! Dat begon dan eerst eens met groente schoonmaken en later ook zelf snijden. Zo kon ze langzamerhand steeds meer. Op een gegeven moment begon ze de verschillende gerechten die we maakten op te schrijven. Zoals sommige recepten, die ik van oma Grol had, uit bladen had gehaald, zelf samen gesteld of zelf bedacht had. Ze deed alles in een ringband en zo is haar receptenverzameling ontstaan. Hiermee is Joke zo ongeveer rond haar tiende jaar begonnen. Waar ze me ook graag mee hielp, was met taarten en cake bakken, daar had ze ook zoveel plezier in! De eerste jaren waren het voornamelijk mijn gerechten waar ze mee hielp en die ze op den duur ook alleen klaar kon maken, maar dit was nog maar haar begin.

Wat vonden we het gezellig om zo sámen bezig te zijn! We genoten er beiden van!

Joke was altijd zó enthousiast om te helpen, dat oma Grol, als ze bij ons logeerde, niet de kans kreeg om ook in de keuken te helpen.

In de loop der jaren ging Joke steeds meer zelf nieuwe recepten samen stellen en uitproberen. Ze was zo heerlijk enthousiast, dat ik daardoor ook weer nieuwe dingen ging maken en andere ingrediënten in huis ging halen. Zo stimuleerden we elkaar enorm.

Vooral met koek en taart bakken hadden we natuurlijk altijd met haar diabetes te maken. Ik had al diverse dingen suikervrij gemaakt, maar Joke bedacht er zelf nog wel een paar bij. Zo hadden we op Sinterklaasavond, traditie getrouw, altijd pepernoten. Daar mocht Joke tot haar grote verdriet niet van eten, dus bedacht ze wel iets anders. Ze bakte voor zichzelf kaasbolletjes, in de vorm van een kruidnootje en lekker dat ze waren!! Zo bakte ik al jaren boterkoek, maar dat nam Joke geleidelijk aan van mij over. Ze wilde altijd zo graag iets bakken!! Voor zichzelf maakte ze er dan een puntje suikervrij in, door er een stukje aluminium in te vouwen, gevuld met suikervrij deeg. Deze boterkoek heeft ze nog jaren gebakken, zodat deze onder al haar vrienden bekend was en er van gesmuld werd.

Zo bedacht en verzamelde ze steeds meer recepten en wisselden we samen onze recepten uit en werd haar verzamelmap steeds dikker. Het geeft me een heel goed gevoel, dat ik haar verzamelde recepten nu hier als herinnering nog heb.

Joke hield ook zo van lekker eten en eigen gebakken smullerijen! Tot haar verdriet kwam dit haar gewicht helaas niet altijd ten goede.

Vanaf dat Joke op zichzelf ging wonen, had ze een elektrisch fornuis. Hier kon ze heerlijk voor zichzelf aan de gang en kookte en bakte ze de heerlijkste dingen. Zo vond Joke het ook altijd leuk om voor visite, en met logés, iets lekkers te maken. Als Carine bij Joke logeerde, gingen ze meestal wel iets lekkers bakken. Carine heeft daar nog hele fijne herinneringen aan.

Als Joke weer nieuwe recepten gevonden en bedacht had, wilde zij het mij altijd vertellen, laten maken en proeven, zodat we er samen over konden praten. Zo heb ik nog één van haar laatst gekregen recepten, die ik altijd nog klaar maak op haar verjaardag en sterfdag, als een herinnering aan deze grote liefhebberij van onze Joke.

 

 

 

Lezen en Schrijven

Vanaf dat Joke maar een beetje kon lezen en schrijven was ze er gek op. Zo gauw het lukte, begon ze verhaaltjes te lezen en woordjes te schrijven. Ze ging ook al snel gedichtjes maken, dit vond ze helemaal het einde. Ze maakte ze hartstikke leuk en gaf ze soms cadeau aan opa en oma en ook wel aan haar tante Fineke.  We hebben nog een aantal van deze gedichtjes, waarvan er een gedateerd staat op 25-1-’75 , hier was ze dus zes jaar oud. Ze hield ook van verhaaltjes schrijven, dit is ze heel lang blijven doen.

Joke schreef ook altijd verslagen van onze vakanties en later van haar vakanties met haar vrienden. Het is heel leuk om achteraf deze reisverslagen nog eens te lezen.

In ieder geval hield Joke veel van taal en dus ook van lezen. Dit was toch wel een van haar grootste hobby’s, wat heeft ze dat veel gedaan! Ze begon natuurlijk eerst met kinderboeken, daar had ze er heel wat van. Maar ook mijn kinderboeken kwamen aan de beurt en alles wat haar maar enigszins leuk leek werd gelezen. Ook de bieb werd druk bezocht, daar vond ze van alles naar haar smaak. 

Later, op het Atheneum, moest ze voor het vak Nederlands een hele lijst boeken lezen. Daarvoor kon ze, via school, een abonnement op “Bulkboeken” nemen. Dit waren boeken, die uitgegeven werden in de vorm van

een tijdschrift en dan op krantenpapier. Per jaarabonnement kreeg ze acht bulkboeken en dit waren allemaal boeken die op haar literatuurlijst stonden. Joke wilde altijd graag met mij praten over de boeken die ze las en daarom ging ik de Bulkboeken ook maar lezen. Vanaf die tijd hebben we dat heel veel gedaan, hetzelfde boek lezen en er dan over praten. Wat hebben we daar van genoten! Nog jaren later, toen Joke al lang van het Atheneum af was, hield ik nog steeds het abonnement op “Bulkboeken”. Hoewel we op deze manier dus goedkoop aan boeken kwamen, vond Joke het toch ook wel erg fijn om “echte” boeken te bezitten en kocht daarom af en toe een boek of vroeg ze voor haar verjaardag. Ze las ook graag gedichten, dus kocht ze ook wel gedichtenbundels. Zo kreeg ze op den duur een prachtige verzameling boeken.

Joke vond “taal” zo leuk en interessant, dat ze een abonnement op het tijdschrift “Onze Taal” nam en daar liet ze me ook weer vaak in lezen. Het was heel leuk om hier samen zo mee bezig te zijn.

Na het Atheneum is Joke naar de PABO gegaan en tijdens de stages vond ze het erg leuk om met de kinderen met taal bezig te zijn. Voor haar afstudeerproject deed Joke een onderzoekje met als titel: “Makkelijker lezen met prentenboeken”. Hiervoor heeft ze met kinderen uit groep 4, maanden geoefend met lezen. Ze vond het ontzettend leuk om  kinderen goed te leren lezen. Ze hield er zelf zo van!

Na een aantal moeilijke jaren in het onderwijs en Joke niet meer voor de klas wilde, is ze aan een studie voor bibliothecaresse begonnen. Hier was ze helemaal op haar plaats, want dit was natuurlijk omgaan met boeken, haar grote hobby. Na haar examen kreeg ze een baan in de bibliotheek van Castricum als assistent-bibliothecaresse. Hier werkte ze heel erg naar haar zin, hier kon ze iets met haar liefde voor taal en voor boeken.

In haar laatste moeilijke jaar van ziek zijn, heeft ze veel gelezen. Joke was altijd heel verdiept in een boek en was dan even heel ver weg. Als ze zich beroerd voelde, had ze niet veel zin meer in andere dingen en het lezen leidde haar dan wat af en zo heeft Joke bijna haar hele leven gelezen.

 

 

Planten

Vanaf dat Joke in de v.d.Weydenlaan een eigen kamer kreeg, vond ze het geweldig om plantjes op haar vensterbank te hebben en zelf te verzorgen. Dit vond ze zo leuk, dat ze ook al snel van mij allerlei stekjes kreeg. Ze liet ze dan eerst wortelen in water en zette ze dan in de aarde. Zo raakte haar vensterbank overvol, maar ze vond het prachtig! Ze hielp ook graag mee in de tuin en wilde daar wel een eigen stukje grond, dat ze dan helemaal zelf kon verzorgen. Toen Joke later haar flat in Alkmaar kreeg, gingen de plantjes uit haar kamer natuurlijk allemaal mee. Een tuin had ze daar niet, maar wel twee balkons, waar ze gelukkig wel wat plantenbakken op kwijt kon. Als ik dan bij haar op bezoek kwam, moest ik altijd eerst naar haar planten kijken, om te zien hoe mooi ze er bij stonden. Of juist niet en wat we daar dan misschien aan konden doen. Ach, het was zo gezellig om er samen mee bezig te zijn. Nadat ze een aantal jaren samen met Ron op de flat had gewoond, kochten ze een huis met een tuin. Hier verheugde ze zich enorm op, maar ze moest nog even geduld hebben, want het huis was nog niet klaar. In deze tussentijd kreeg ze tot haar (en onze) grote ontzetting borstkanker en moest ze chemokuren en bestralingen ondergaan, zodat ze erg beroerd werd. Juist in die tijd kwam hun huis klaar en nu had ze de energie bijna niet om iets te doen, zelfs de tuin niet, waar ze zich zo op verheugd had. Toch heeft ze zich wel kunnen verdiepen in de tuinaanleg en er in overleg met Ron een ontwerp voor gemaakt. Toen de chemokuren en de bestralingen voorbij waren kreeg Joke langzaamaan weer wat meer energie en heeft ze toch nog, met behulp van haar vader, een deel van  haar tuin, de rotstuin, kunnen aanleggen en inrichten. Ze was blij dat ze dat toch nog had kunnen doen, maar ze heeft er daarna, tot ons onuitsprekelijke verdriet, nog maar kort van kunnen genieten.

 

 

 

Dieren

In de tijd dat Joke op de kleuterschool zat hebben we een cavia gekocht, want ze wilde wel graag een dier. We hadden het hok in de kamer staan, zodat Joke en Henk de cavia makkelijk konden pakken en dit deden ze graag. Ze namen de cavia, genaamd Ringeling,  op hun schoot en gaven haar dan b.v. gras te eten. Prachtig vonden ze het, maar tot hun grote verdriet ging Ringeling dood. Ja, cavia’s leven niet zo lang en dat was best moeilijk voor ze. Hierna hebben we nog een aantal cavia’s gehad en zelfs nog jongen ervan, dat vonden ze natuurlijk heel leuk. Maar na een aantal jaren had Henk een konijn, Zwartje, en wilde Joke ook graag een konijn. Nadat ook de laatste cavia dood was gegaan kreeg zij het konijn Polly. Voor deze konijnen was er in de schuur een hok gemaakt, dat met een luikje een verbinding had met een buitenhok. Hier was Joke vaak te vinden, dan pakte ze Polly en liep met haar rond.  Toevallig was Polly een heel rustig konijn, die je makkelijk kon pakken, dat was dus leuk. Zwartje daarentegen was nogal wild en moeilijk te pakken, dus voor Henk was dit minder leuk. In de tijd dat Joke op het Atheneum zat, had ze een lerares die ook een konijn had en waarmee ze afsprak om de konijnen samen te brengen. Polly was een vrouwtje en die andere een mannetje en ja, waar Joke op hoopte, was gelukt : Polly was zwanger. Zo kreeg ze er nog een konijn bij en die noemde ze Dolly. Ze vond het allemaal prachtig.

Ze was zo duidelijk dol op beesten, dat haar neef Martin, die van zijn hamster af moest, de hamster aan Joke gaf. Dit was het begin van haar liefde voor goudhamsters. Het werd nu wel erg druk met al die dieren en de konijnen hadden zich onder de grond door uit hun hok gegraven en waren ontsnapt. Dit was dus allemaal niet zo leuk meer, maar gelukkig wilden buren van verderop in de straat  de konijnen graag hebben. Deze mensen hadden veel dieren en Joke en Henk mochten daar zo vaak als ze wilden naar toe. Joke was helemaal gek op haar hamster en heeft er sinds die tijd altijd wel een of twee gehad. Ze had op een gegeven moment  twee hokken staan, met in het ene hok een vrouwtje en in de andere een mannetje. Ze liet ze dan een of twee keer per jaar bij elkaar, zodat ze jonge hamstertjes kreeg, waar ze erg van genoot. ‘s Avonds mochten ze dan uit hun hok en liepen los. In hun hok maakte ze van alles voor de hamsters, b.v. van keukenrollen en watten, de hamsters hadden het goed bij haar. Toen ze verhuisde naar de flat in Alkmaar gingen de hamsters uiteraard mee en nadat Ron bij haar was gaan wonen, kregen ze twee parkieten van opa Schets, zodat ze toch weer meer dieren hadden. Nadat hun nieuwe huis gereed was gekomen, gingen de dieren natuurlijk ook mee, maar door haar ziekte kon ze niet meer zo goed voor ze zorgen en toen de laatste hamster dood ging, kocht ze geen nieuwe meer.  Door de kanker was ze vaak depressief en angstig, en om haar wat afleiding te geven namen ze twee jonge poesjes. Dit deed haar wel goed, want van deze jonge speelse dieren hield ze erg veel. Joke heeft ze helaas niet kunnen zien opgroeien, maar na haar dood zijn ze bij Ron gebleven en daar volwassen geworden.